et Nationaal Park Drents-Friese Wold is een groot aaneengesloten natuurgebied op de grens van de Nederlandse provincies Friesland en Drenthe. Het ruim 61 km² grote nationale park bestaat uit bos, heide en stuifzanden.
Belangrijke plaatsen aan de randen van het park zijn de dorpen Appelscha in Zuidoost-Friesland en Doldersum, Diever, Hoogersmilde, Wapse en Vledder in Drenthe.
Het karakter van het gebied is in belangrijke mate beïnvloed door de esdorpencultuur. Grote delen zoals het Doldersummerveld, Aekingerzand, Berkenheuvel en Wapserveld werden eeuwenlang door de boeren uit de omliggende dorpen gebruikt voor het begrazen door schapen. Door deze eeuwenlange begrazing en het afsteken van plaggen voor de potstalcultuur, werden mineralen afgevoerd en verschraalden grote delen van de zure zandgrond. Op die plaatsen ontstonden heidevelden en soms stuifzand. Het Aekingerzand bij Appelscha heet in de volksmond ook wel de 'Kale duinen'.
Met name op die stuifzanden ontstonden kleine heuveltjes of duintjes. Later, in de 19e eeuw, na de uitvinding van kunstmest, werden die stuifzanden en heideterreinen (of 'woeste gronden') bebost. Men plantte er inheemse soorten als eiken en grove dennen, maar ook uitheemse soorten als douglasspar, Amerikaanse eik of Japanse lariks.
De Vledder Aa neemt een bijzondere plaats in in dit nationale park. Deze beek is de enige in Nederland die zijn bovenloop volledig in een natuurlijke omgeving heeft liggen. In de jaren 2002 en 2003 is gewerkt aan natuurherstel van de bovenloop van deze beek. Ook het beekdal van de Tilgrup, een beek die in de Vledder Aa uitmondt, werd gedeeltelijk weer hersteld. Tevens werd de kunstmatige instroom van gebiedsvreemd en vervuild water uit de Drentsche Hoofdvaart via de Tilgrup naar de Vledder Aa afgesloten.
Grote delen van het gebied speelden een belangrijke rol in de esdorpencultuur. Maar er zijn al veel oudere sporen van bewoning. Bij Diever ligt een hunebed aan de rand van het park. Niet ver van Doldersum liggen een paar grafheuvels en op diverse plaatsen zijn sporen van bewoning uit het Neolithicum (Late Steentijd) en de ijzertijd gevonden.
Midden in het park, vijf kilometer van Diever, ligt een onderduikershol uit de Tweede Wereldoorlog.