Peru (Spaans: Perú, Quechua en Aymara: Piruw), officieel de Republiek Peru (Spaans: República del Perú), is een land aan de westkust van Zuid-Amerika.
Het wordt begrensd door Ecuador en Colombia in het noorden, Brazilië in het oosten, Bolivia in het oosten en zuiden, Chili in het zuiden en de Grote Oceaan in het westen. De bijvoeglijke naamwoorden Peruaans en Peruviaans zijn beide correct. De bewoners heten Peruanen of Peruvianen.
Voor de komst van de Spaanse veroveraars was Peru het hart van het rijk van de Inca's, waarvan Cuzco de hoofdstad was. Tussen de verovering in 1572 en de onafhankelijkheid in 1821 werd het land door Spanje bestuurd. Vanaf die tijd werd Peru afwisselend door militaire en burgerregeringen bestuurd. Ook wisselden dictators en democratische regeringen elkaar af.
Tussen 1836 en 1839 vormde Peru een confederatie met Bolivia. Van 1864 tot 1866 heeft Peru oorlog gevoerd met Spanje over de Peruaanse guano-eilanden (de Ballestaseilanden). Spanje had namelijk een van deze eilanden bezet, maar daar was Peru het niet mee eens. In deze oorlog won Peru, mede dankzij de hulp van Ecuador, Bolivia en Chili.
Peru heeft met Bolivia oorlog gevoerd tegen Chili tussen 1879 en 1883, de zogeheten Salpeteroorlog. Chili viel namelijk de kuststrook van Peru binnen en bezette de woestijn, waar veel kostbaar zout te vinden was. Peru verloor deze oorlog en moest twee provincies aan Chili afstaan.
Van 1980 tot 1992 ging de Peruaanse bevolking gebukt onder de gewelddadige acties van de Maoistische terreurbeweging Lichtend Pad, die als doel had de bestaande orde omver te werpen. De brute willekeur waarmee dit gepaard ging heeft aan zeker dertigduizend mensen het leven gekost en voor een geschatte 29,5 miljard euro aan materiële schade aangericht. De manifestatie van Lichtend Pad vormde in de twintigste eeuw de grootste rem op de ontwikkeling van Peru, totdat de leiding in 1992 gevangen werd gezet.
Fysieke kenmerken
Peru heeft drie landschapsvormen. De eerste is het (Amazonelaagland), La selva. In het tropische regenwoud heersen hoge temperaturen (boven 23 °C) en veel neerslag. Het regenwoud is verdeeld in laaglanden onder de 700 meter en nevelwoud vanaf 700 meter. Het nevelwoud heeft een subtropisch klimaat met heftige regenbuien van november tot maart. In de zomermaanden kent het regenwoud de meeste zon. De selva beslaat ongeveer de helft van de oppervlakte van het land, maar minder dan 10% van de bevolking woont hier.
In de laaglanden kent men twee verschillende seizoenen. Allereerst is er het droge seizoen (van april tot oktober), met temperaturen boven de 35 °C. Tijdens deze maanden zakt het waterpeil van de rivieren en zijn de wegen in redelijke staat. Het regenseizoen loopt van november tot maart. In deze periode regent het minimaal één maal per dag keihard, en de modderige wegen maken het over land reizen in deze gebieden moeilijk.
De tweede landschapsvorm is La costa, het kustgebied. La costa bestaat vooral uit steen en zandwoestijn (de Atacama) en ligt ingeklemd tussen de Stille Oceaan en de uitlopers van de Andes. Het is er fris (gem. 14°C), behalve in het noorden. De warmste maanden zijn december, januari en februari. Het regent er bijna nooit. Van mei tot half september hangt er een hardnekkige mist (garúa) waardoor men niet kan zwemmen. Want de Humboldtstroom (of Perustroom), een koude zeestroming in de Stille Oceaan, koelt het water sterk af. De kustlijn is 2000 km lang, van Chili tot Ecuador.
Door de verstedelijking - en vooral door de kolossale groei van de bevolking van de hoofdstad Lima - woont hier nu ongeveer de helft van de bevolking van het land. Landbouw kan alleen worden bedreven in de dalen van de in de Andes ontspringende riviertjes, waar irrigatie mogelijk is.
Tot slot is er La sierra, het bergland tussen de kuststrook en het oerwoud. Het heeft een ontoegankelijk reliëf met lage of betrekkelijk lage temperaturen. Toch woonde hier van oudsher het grootste deel van de bevolking. Dat is minder geworden door de verstedelijking, maar nog altijd woont hier ca. 40 % van alle Peruanen, die in grote meerderheid indiaans zijn. Hier zijn de warmste maanden ook de regenmaanden: december tot april. Het Hoogland van Bolivia is na het Tibetaans Hoogland de hoogste vlakte van de wereld. Daar ligt ook het Titicacameer. Het regenseizoen ligt tussen december en maart. Peru telt in totaal 37 bergtoppen die de grens van 6000 meter overschrijden. De hoogste is de Nevado Huascarán (6768 m).
De rivier de Amazone ontspringt in de Peruaanse Andes en mondt uit in Noord-Brazilië. De rivier is ongeveer 6000 km lang, waarvan 713 km in Peru. Het stroomgebied strekt zich uit over een oppervlakte van 6 miljoen vierkante kilometer. De rivieren met de grootste lengte binnen Peru zijn de Ucayali (1771 km), de Marañón (1414 km) en de Putumayo (1380 km). Het Titicacameer is op 3812 m hoogte het hoogste bevaarbare meer ter wereld en met een oppervlakte van 8340 km² het grootste meer van Zuid-Amerika. Dwars door het meer loopt de grens met Bolivia. Andere grote meren in Peru zijn het Junínmeer en het Parónmeer.
Peru telt ook een aantal vulkanen. De voornaamste vulkanen in Peru zijn de Ampato, de El Misti, de Ubinas, de Coropuna, de Chachani en de Sabancaya.
De voormaamste steden
De hoofdstad is Lima.
Enkele andere plaatsen in Peru zijn:
Arequipa
Cajamarca
Caral
Cuzco
Ica
Iquitos
Pisco
Trujillo
Huánuco
Tacna
Huaraz
Juliaca